Motorische Remedial Teaching
Binnen onze praktijk neemt de Motorische Remedial Teaching als begeleidingsvorm een voorname plaats in. Deze motoriektraining, afgekort als MRT, vormt voor een groot deel de basistraining m.b.t. het proces van automatisering. Motorische automatisering is van essentieel belang bij met name het rekenen en ook bij het technisch lezen. Bij het rekenen is het leren van de tafels een bekend voorbeeld. Ingeval er onvoldoende motorische automatisering is, zal ook het leren van de tafels extra training vergen. In dit kader wordt bij de Motorische Remedial Teaching een basis gelegd om verdere cognitieve processen makkelijker te laten verlopen.
Bij de motorische screening die als basis geldt voor verder remediërend handelen kunnen verschillende testen worden ingezet. Het inzetten van de testen in in zekere zin afhankelijk van de leeftijd van het kind. Een heel klein deel van deze testen overlapt het onderzoek naar de visueel-motorische vaardigheden. Bij de motorische screening worden een aantal onderde-len gekwalificeerd op een zgn. motorische leeftijd, welke vervolgens kan worden vergeleken met de kalenderleeftijd van het kind op het moment van toetsing. De verhouding tussen de motorische leeftijd en de kalenderleeftijd geeft een indicatie per onderdeel. Op deze wijze kan een evt. achterstand, voorsprong of leeftijdsadequate prestatie in kaart worden gebracht. Vervolgens bieden deze gegevens de basis voor het remediërend handelen. Doorgaans worden de navolgende items afgetoetst en in kaart gebracht:
- algemene statische coördinatie
- dynamische coördinatie van de handen
- algemene dynamische coördinatie
- snelheid van bewegen
- gelijktijdigheid van bewegen
- geïsoleerde bewegingen
- harmonie of dysharmonie tussen beide handen
- de mate van links- of rechtshandigheid of ambidextrie
- sensorische / tactiele informatierespons
- lichaamsschema
- lichaamsbesef
- de voortgang binnen het lateralisatieproces
- de snelheid van bewegen van de schrijfhand
In voorkomende gevallen kan een uitgebreider onderzoek worden gedaan naar de ontwikkeling van de linker- of rechterhand.
Afhankelijk van de verkregen gegevens en na aanvulling met de gegevens uit het visueel-motorisch onderzoek wordt een plan van aanpak opgesteld. Zodra de problematiek zeer ernstige vormen aanneemt, dan wordt doorverwezen naar een collega uit de het veld, waarbij de cognitieve elementen niet meer aan de orde zijn. In de meeste gevallen vindt de doorverwijzing dan plaats naar een kinderoefentherapeut Cesar. De onderzoeksmethodiek van de Cesar-therapie en de MRT liggen heel dicht bij elkaar en communicatie kan in die zin eenvoudig plaatsvinden.